Uit onderzoek van Oostenrijkse wetenschappers aan de Universiteit van Wenen blijkt dat reuen hebben minder oog voor hun omgeving hebben dan teven en daardoor gemakkelijker voor de gek te houden zijn. Als een reu met een bal speelt die op een onverklaarbare manier groter of kleiner wordt, heeft het dier dat vaak nauwelijks door. Daarentegen hebben teven een dergelijke verandering wel snel in de gaten, dat komt mogelijk omdat teven meer op hun ogen vertrouwen en reuen meer op hun neus. Bij het Oostenrijkse onderzoek werden 25 reuen en 25 teven geconfronteerd met een tennisbal die achter een scherm langs rolde. De wetenschappers verwisselden de tennisbal achter het scherm soms voor een bal met hetzelfde uiterlijk, maar een veel groter formaat.Uit het onderzoek bleek dat teefjes daarna vaak langer naar bal keken. De reuen leken niet op te merken dat de bal van grootte was veranderd. Zij keken niet langer naar de nieuwe bal.
De hoofdonderzoeker Corsin Müller verklaarde dat zij erg verrast waren. De Oostenrijkse onderzoekers hebben geen verklaring voor het verschil in visuele capaciteiten tussen reuen en teven.
Andere wetenschappers vermoeden dat teefjes meer op hun ogen vertrouwen dan reuen, omdat ze hun aandacht moeten richten op hun jongen die in de beginfase van hun leven allemaal nog min of meer dezelfde geur hebben.